dinsdag 2 december 2008

Hondjes


Het bankje tegenover mijn huis ligt er verlaten bij. Er groeit mos onder van eenzaamheid. Het bankje wordt zelden gebruikt, het ligt te ver van het water. Iedereen wil uitzicht op de Maas en niet op een hek met fietsen.
Ik herinner mij een bankje aan de Coolhaven, bovenop de metro. Ooit kerfde ik hier vanuit het diepste van mijn hart de naam van een vrouw. De grond trilde. Ik was niet de enige met warme gedachten. Een oudere Iraanse man ontmoette er een Nederlandse vrouw van in de vijftig. Eerst stonden ze nog voor het bankje, toevallig. Daarna volgde het plaatsnemen en nog later schoven beide dichter naar elkaar toe. De honden heeft hen samengebracht. Meestal was de ontmoeting omstreeks 8 uur ’s avonds, weer of geen weer, een keer zelfs onder een paraplu. Op een donkere morgen in de vroege mist in december keken ze mistroostig uit over het water. Hun einde was genaderd. De honden wachten geduldig op het einde van het samenzijn. Ieder een kant van het bankje bewakend. Tussen de honden bleef al die tijd het ijskoud, steeds stoicijns de andere kant op kijkend. Wat moet een pinkinees ook met een golden retriever.

Geen opmerkingen: