Op zoek naar een slaapplek wordt een klein dorpje aangedaan. Aanvankelijk met het plan om bivak op te slaan aan de rand van het meer, maar er is een processie gaande. Het hele dorp en omstreken is er op af gekomen. Weinig rust en veel mensen. Het blijkt een begrafenis van een locale held. Indrukwekkend om te zien hoeveel respect iemand heeft bij het verlaten van het aardse bestaan.
Het eerstvolgende dorpje bovenop de heuvel bestaat uit een paar huizen, het is nauwelijks nog een dorpje te noemen. Het asfalt veranderd er gaandeweg in een grevelweggetje. Buiten gonzen de sprinkhanen, het is heet en droog. Eén vuurtje en het landschap gaat in vlammen op. Van de weg afgaan lijkt ook geen goed idee, want er liggen landmijnen, zo vertellen de borden. De weg duurt voort en er lijkt geen einde meer aan te komen. De weg vernauwd en uitstekende takken krassen langs de zijkant van de bus. Een grote stofwolk ontneemt het zicht naar achteren.
Een zucht van opluchting gaat door mij heen als na een tijdje het grevelweggetje weer veranderd in een asfaltweg en de mijnenvelden achter de horizon verdwijnen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten