maandag 3 september 2012

Data Reset



Een aantal jaar geleden maakte ik het fotowerk ‘Data’ in Lagos. Met deze titel wilde ik verwijzen naar de wijze waarop we steden herkennen zonder er ooit te zijn geweest. De gele danfo’s en de voortdurende verkeersopstoppingen zijn bijna onderdeel van ons collectieve bewustzijn, zoals de Empire State Building onvermijdelijk New York in herinnering roept.

De gefotografeerde locatie van ‘Data’ is het laatste klaverblad voor de Third Mainland Bridge. Destijds was dit een plek waar oude olievaten werden opgeknapt, recycled en verhandeld. Andere restplekken rond snelwegen werden niet lang geleden nog gebruikt, meestal voor vuilnis opslag, verbranding en recycling. Vandaag de dag zijn veel van deze plekken veranderd in parken, op de meest vreemde plaatsen in de stad kom je ze tegen. Een gevolg van het Beautification Project van Gouverneur Fashola.
Vandaag rijden we naar de plek waar de olievaten vroeger lagen. In gezelschap van Joel Benson, die een documentaire maakt over mijn project in Lagos.  

Wanneer we op de brug stoppen worden we vrijwel direct opgemerkt door onder de brug wonende Area Boys. Een jongen verschijnt naakt van onder de brug vandaan, waar hij staat te douchen onder een jerrycan. Het duurt niet lang voordat een groepje ons op de brug heeft gevonden. De tam tam werkt hier verbazingwekkend snel.
Toch hangt er een spanning die niet goed voelt, we hebben rust nodig om te kunnen werken. We besluiten bescherming te gaan zoeken. Niet ver van deze plek, stad inwaarts, vinden we mannen van het Anti Robbery Squad. Ze zien er gevaarlijk uit, met kogelvrije vesten en machine geweren. We onderhandelen over de prijs om ons een half uur lang te beschermen. Passanten mengen zich in de onderhandelingen en een Area Father wordt er zelfs bijgehaald. Hem wordt gevraagd zijn jongens rustig te houden, of beter, afwezig. Er wordt gesproken over geld. 50000 Naira (250 euro) wil de police officer hebben om een wagen met zijn mannen mee te sturen. We bieden hem een tiende van dit bedrag. Nog steeds veel te hoog voor 30 minuten louter aanwezigheid. Maar de fotolocatie is perfect en moet worden benut. Aan een half uur hebben we genoeg. 

Het duurt vrij lang, het bedrag dat we boden is niet genoeg, impossible zelfs. We wachten af en spelen het spel mee. Onze bluf werpt zijn vruchten af.
Een uur later filmen en fotograferen we op de brug. Er is geen Area Boy meer te zien. Een geel busje vol zwaar bewapende agenten wacht naast ons. We mogen hen niet in beeld brengen. Dit zou hun sidekick aan het licht brengen.
Dit is Lagos, waar de politie vooral aan hun eigen inkomsten voorziening werkt. 
In de woorden van Femi Kuti: Corruption is our worst enemy.

vrijdag 31 augustus 2012

Werken in Lagos



Het werken in Lagos is geen sinecure. Veel plekken op straatniveau staan onder controle van area boys, jonge straatvechters, die door middel van afpersing en geweld middelen van bestaan vinden. Zij worden aangestuurd door area fathers, wat oudere mannen, die over straten en buurten heersen. Bij het zien van een Oyibo (witte man) vragen zij om geld onder het dreigement de boys erbij te roepen. Om dit te vermijden is een donatie dan de beste optie. Deze is alleen nooit genoeg, er wordt altijd om meer gevraagd. De politie is de controle over deze wijken vrijwel geheel kwijt, hier gelden de wetten van de straat.
Vanuit de auto rijden we langs het paleis van de area king. Hiervandaan wordt de informele wereld van Lagos bestuurd. In de documentaire Law and Disorder in Lagos van Louis Theroux wordt hier een indringend beeld van gegeven.


Om toch enige rust in het werken te vinden hebben we een afspraak op het Ministerie van Interieur. Een zekere Mr. Precious haalt ons op vanuit de receptieruimte. Hij brengt ons naar het kantoor van zijn supervisor, een donker hok van 5 bij 5 meter waar zeker 10 mensen klem tegen elkaar gezeten proberen te werken. Het is ons te doen om een vrijgeleide brief en zekere bescherming. Er volgt een gesprek over de veranderingen in Lagos. His Excellence Mr. Babatunde Raji Fashola is sinds enige jaren de gouverneur van Lagos State. Zijn invloed op het voorkomen van de stad is de laatste jaren goed zichtbaar geworden. Overal heeft Fashola parken aangelegd en hieraan dankt hij zijn bijnaam ‘de gardener'. Het moet gezegd, Lagos oogt hierdoor vriendelijker. Ook al wordt de stad nog altijd gedomineerd door de vele zwarte rookwolken van dieselgeneratoren, de enorme informal settlements, het helse verkeer en de vele kapotte gebouwen. Er zijn nu busbanen aangelegd en er rijden aanzienlijk minder gele busjes. Er zijn riksja’s bijgekomen, die veel minder lawaai maken, desalnietemin blijft het rijden door Lagos het volgen van een snailtrail.
Ondertussen heeft de supervisor ons een brief en een governement auto met chauffeur toegezegd. Zodra onze aanvraag is goedgekeurd zal hij hiervoor zorgen. Het duurt weliswaar nog tot het einde van de week, een aanslag op onze tijd.
Een paar dagen later worden we opgebeld door het ministerie. De aanvraag is ingediend bij het verkeerde departement. We moeten ons vervoegen bij het ministerie van informatie. Het gehele spel kan weer van voor af aan beginnen.


We rijden over de elevated highway in de richting van de 3rd Mainland Bridge. Momenteel is de brug ‘under construction’, waardoor het verkeer weer vastloopt. Onderweg passeren we een gebouw met een bijzonder grid. Een moment om te fotograferen, al moeten we ervoor stilstaan midden op de highway. Mr. Aziz, onze driver, verteld dat het gebouw een police headquarter is. Volgens hem is het beter officiele toestemming voor fotografie te vragen. Maar die tijd hebben we niet, toestemming aanvragen duurt lang, we verkiezen daarom het risico.
Het duurt niet lang voor het mis gaat. Een politieauto stopt voor ons, we zijn vrijwel direct gespot. Vier agenten stappen uit en omsingelen ons, terwijl ik de camera in veiligheid breng. Mr. Aziz had gelijk, we worden aangehouden. Een agent neemt plaats in onze auto om ons naar een bureau te brengen. De politieauto met de andere agenten gaat ons voor. In de auto bellen we verwoed met onze contacten in Lagos. Onze main man Azu, de directeur van de African Artist Foundation, neemt het gesprek per telefoon over. Halverwege de rit stoppen we weer midden op de highway. De hoogste agent in rang spreekt nu met Azu. Het is onduidelijk welke woorden er worden gewisseld, maar de gezichten worden langzaam weer vriendelijker. De hoofdagent maakt nu een amicaal praatje. Hij waarschuwt ons voor wat we hebben gedaan. Met mijn argument dat het maar ramen waren, een volledig abstract detail maak ik geen indruk. Nigeria is immers in staat van paraatheid. De vele aanslagen op christen doelen door de terroristische Boko Haram beweging hebben sporen van achterdocht achtergelaten. 
Het loopt goed af en een uur later zijn we weer op vrije voeten. Telefoonnummers worden uitgewisseld en handen worden geschut. Er wordt nog wat gesproken over Nigeria en Nederland en een van de agenten nodigt zichzelf uit voor een bezoek aan ons thuisland.

zaterdag 25 augustus 2012

Nigeria


Eergisteren vertrok ik uit Istanbul om via een tussenstop van een dag in Nederland naar Lagos, Nigeria te reizen. Op uitnodiging van de Afrikan Artist Foudation zal ik hier werk maken voor het komende Lagos Photo festival.
De laatste keer in Lagos was ongeveer vijf jaar geleden. The collapsed building was destijds het hoofddoel en om dit te fotograferen reisden we zelfs twee keer naar Nigeria, want de eerste fotografie poging was niet geslaagd.

Vliegend boven Afrika is het vrijwel voortdurend bewolkt, een witte verblindende gloed van hard licht, waardoor de raamluikjes veelal gesloten blijven. Op een willekeurig moment is er wel iets zichtbaar, een zee van zand trekt over het landschap, we vliegen boven een zandstorm. Een langzaam voortbewegend monster dat in een kolkende beweging de grond doet veranderen in hermetische lucht.
De stewardes komt een praatje maken, we zijn de enige twee Nederlanders op deze vlucht. Ze neemt plaats in het gangpad en verteld over affaires die soms plaats vinden tijdens dit werk. 

De aankomst op Lagos airport is minder heet en drukkend dan verwacht, het was zelfs warmer in Istanbul. De airport lijkt zoals jaren geleden ook al waargenomen in een voortdurende staat van renovatie. In de gangen staan metershoge airconditioners op de betegelde vloer water te lekken. We staan vooraan in de rij bij de douane en achter ons loopt het langzamerhand voller met mensen. De typerende gebiedende taal van de Nigerianen voelt vertrouwd aan: ‘Stand here’, ‘Go behind this man!’, ‘Is this your wife, she must go there!’, en zo sta ik alleen voor het laatste tafeltje met 2 paspoorten in mijn handen. Achteraan de rij ontstaat opeens tumult, een man is onder dividers door geklommen en foetert iemand uit om ombekende redenen. Vrijwel alle douane beambten menen er goed aan te doen hun post verlaten en mengen zich in het geschil. 

Buiten de airport worden we verwelkomt door Becky, zij is zelf net aangekomen uit Benin City en we delen een carservice naar Lagos. Het is een complete chaos waar we wachten. Auto’s schuiven langzaam voorbij. Er wordt luid getoeterd, sommige mensen geloven nog in het nut van toeteren tegen stilstaand verkeer. Een kleine man maakt zich druk door het verkeer voor ons ‘te regelen’. Breedarms maakt hij vooruitgaande bewegingen naar de vastzittende jam. Het is als schreeuwen tegen een dove man.

Pas twee uur later rijden we op Lagos Island. Hier is het rustig. In de eerste bocht waar we jaren geleden zo vaak zijn geweest staan nu nauwelijks meer auto’s. De weg is vrijwel leeg en er rijden veel minder gele busjes dan in mijn herinnering. Het is inmiddels laat in de avond en dit geeft een vertekend beeld van de stad. Het weerzien voelt echter vertrouwd aan, de vuurtjes langs de weg, de geluiden, het geroep van mensen, de chaotische rijstijl op de weg.

maandag 20 augustus 2012

President Erdogan



De nieuwe metrolijn van Kardikoy naar de buitenwijk Kartal wordt geopend door niemand minder dan president Erdogan. Het plein voor de metro ingang is afgezet met politiehekken en metaal detectoren. Het ziet zwart van de agenten en geheime politie. Daaromheen een laag van oproer- politie, waterkanonnon en sluipschutters. Ik wandel er rustig doorheen met statief en equipment op mijn rug. Niemand die mij vreemd aankijkt. Het afgehekte plein laat ik voor gezien, te veel mensen. Ik ga op zoek naar een hoog standpunt.
Ik vind een hoog gelegen terras aan de overzijde van het plein. Vreemd genoeg is deze plek niet afgesloten noch bewaakt. Beneden bestel ik een blikje kersensap. Wanneer ik betaal met 5 Turkse lira blijkt dit biljet ongeldig te zijn. Ik heb nog meer biljetten in verschillende varianten, allemaal ongeldig. Hoongelach valt mij ten deel en ook boven op het terras is het vreemd dat ik de maaltijd oversla. Het is mij om het uitzicht te doen.
Een gevolg van geblindeerde auto’s bereikt het plein en het Turkse volkslied klinkt door de schelle speakers. Er volgen verschillende toespraken, de ceremonie wordt aangegrepen om de politieke agenda’s te ontvouwen. Na een half uur maakt het applaudisserende publiek mij duidelijk dat het tijd is voor de eregast. Tijd om naar beneden te gaan, wederom een raadselachtige verwarring met de obers, die mij nog een keer willen laten betalen.
Om het plein kon ik eerst nog lopen, nu is dit ook zwart van de mensen. Ik aanshouw Erdogan, die nu op het podium staat, zijn hoge stem heeft iets beklemmends. Er hangen hoog enorme vlaggen met zijn beeldtenis.


Een paar uur later daal ik af in het gloednieuwe station Kardikoy. Het voegsel ontbreekt nog tussen de tegels. De metrotrein komt met beslagen ruiten het perron binnen, de airconditioning werkt nog niet. Drie stations verder hou ik het niet meer vol, zo warm is het. Ik vervolg mijn weg per dolmus. Op zoek naar Varyap Merdian, een gigantisch project in het nog in ontwikkeling zijnde financiƫle centrum van Istanbul. Het contrast is ongelooflijk, gigantische suburbs zijn geruimd voor dit prestige project.
Om het contrast te vinden moet ik te voet verder, het is een stevige klim. Bezweten en buiten adem vind ik een hoog gelegen stuk braak liggend terrein wat een goed overzicht biedt. Het licht wisselt steeds waardoor ik zeker een uur met de foto bezig ben. Er nadert gezelschap. Veel communicatie is niet mogelijk door de taalbarriĆ«re. Het terrein behoort tot Houssin. Midden op het veld staat een grijze cemente kubus. Houssin houdt er duiven die hij probeert te kruisen. Inmiddels zijn er meerdere mensen polshoogte komen nemen en via de kinderen is enige communicatie mogelijk. De duiven leven in het donker en krijgen dagelijks een uurtje de kans om te vliegen. Een duif cirkelt boven ons en maakt koprollen in de lucht. Na een tijdje ben ik weer alleen. Een groepsfoto van de dorpelingen rijker.

zaterdag 18 augustus 2012

Bosporus City


Het moge bekend zijn, de Bosporus biedt een magische aanblik over Istanbul. Ik maak een heerlijke boottocht van Karakoy naar Kadikoy aan de Aziatische kant. De dagelijkse oversteek voor veel mensen als alternatief voor de bruggen. In Kadikoy wacht mij een witte limo met chauffeur. Ter voorbereiding van een nieuwe fotoshoot heb ik een afspraak met Mehpare Evrenol, een uiterst charmante statige dame, die met het bureau Mimarlar Workshop steeds vaker koerst op grootschalige stedebouwkundige en architectonische projecten. En binnenhuisarchitectuur, voegt zij eraan toe. Terwijl ik de presentatie van het project Bosporus City te zien krijg nuanceert de architect het project. De naam keuze is zuiver editorial, een binnende wens van de projectontwikkelaar. Het is nooit de bedoeling geweest om de Bosporus te kopieren. Bosporus city is een project waarbij delen uit het culturele erfgoed van Istanbul met nieuwe technologische middelen worden gestyleerd en gebruikt.
Het project behelst een in het oog springende woonomgeving, waarbij water de sociale factor is. Het water is zowel vanaf private als publieke plekken toegankelijk. Al is Bosporus City een gated community is het 10.000 inwonenden tellende complex ook voor buitenstaanders beperkt toegankelijk. Dit geheel afhankelijk van de goodwill van de gate keeper. Samen met de top van de staf van Mimarlar nuttig ik vervolgens een voortreffelijke lunch onder de bomen van de aangrenzende tuin. Ik voel mij hun eregast en ben zeer onder de indruk van de gastvrijheid en hulpvaardigheid die mij ten deel valt.  Alles wordt in het werk gezet om mij te helpen bij mijn project.

Een dag later vind de fotoshoot plaats. Ik krijg een tour door een van de salesmanagers van Bosporus City. Deze spreekt al over een geheel andere opzet. Het holiday resort achtige complex zal in volle bewoning ruim 10.000 bewoners tellen. De visie van de architecten en die van de ontwikkelaar blijken niet dezelfde. Er wordt nu wel gesproken van een kopie van de Bosporus. 
Binnen in het salesoffice staat een mock-up van een man, de oprichter van een of andere voetbalclub. Zijn naam is me ontschoten, maar zijn identiteit wordt ingezet om de verkoop te helpen. Celebrity endorcement wordt dit genoemd. Het interieur van de sales office is eveneens ontworpen om toekomstige kopers een vertrouwd gevoel te geven. Naast de enorme maquettes van het project zijn de muren van het tijdelijke kantoor aangekleed met delen uit de Sinan Moskee. Iedereen is er vriendelijk en aan alle comfortwensen is gedacht.
De salesmanager neemt mij mee voor een boottochtje. Deze miniatuur Bosporus is feitelijk een enorm zwembad. Allen wordt het water met chemicalien helder gehouden en zijn er vissen noch vogels. Zwemmen is er zelfs verboden, daarvoor zijn de private pools, aangrenzend aan de duurste villa’s. En een overdekt zwembad voor de minder bedeelden. De bewegingsvrijheid van de individu is gereguleerd. Er zijn bewakers, tourniqueten en slagbomen. Eenmaal binnen het project is de buitenruimte ingericht conform de sociale hierarchie van het terrein.

Aan het eind van de avond wordt ik opgewacht door de project manager en zijn familie. Zij zijn toegesneld om hun buitenlandse gast te verwelkomen en het visrestaurant op het terrein is speciaal voor ons opengehouden. Een geanimeerde avond volgt, waarbij de grenzeloze Turkse gastvrijheid opnieuw wordt genoten. De manager spreekt over zijn droom en noemt zichzelf voortdurend crazy. Dat moet je ook wel zijn om een dergelijke fantasie werkelijkheid te laten worden. Bosporus City is een enclave voor de rijken, met pal ernaast een sociale woningwijk, Toki geheten. Het is moeilijk om een doorzicht hiernaar te vinden teneinde het contrast goed zichtbaar te maken.
Naast Bosporsu City verreist een tweede project, eveneens op het Bosporus concept gestoeld, alleen hier zijn de paleizen de gezichtsbepalende factor. Hier worden slechts 1000 huizen gebouwd, Bosporus City telt er 3000. Een weg doorsnijdt de twee projecten. De architect had het water graag verbonden tot een nog grotere Bosporus, maar dit bleek geografisch te complex. Wat rest zijn twee gated communities die op zichzelf staan en toch zeer veel verwandschap hebben.

Op weg naar Taksim passeren we het aangrenzende Toki complex. Er staan veel taxis voor de deur. De mensen die hier wonen hebben niet allemaal een auto. Laat staan een carwash service aan huis.

donderdag 16 augustus 2012

Autopia





De eerste dag in Istanbul is meteen een goede. Ik ontmoet de beroemde architect Gokhan Avcioglu van het bureau GAD Architecture.  Het bureau is verantwoordelijk voor het Autopia complex in de wijk Esenyurt. Een uur rijden vanuit Teskivye, waar het bureau in een prettig woonhuis kantoor houdt.
Het Autopia complex behelst een toekomstige mall voor automobielen. De zeven meter hoge binnenruimtes bieden een automobile experience. Hier kan binnenkort het gebouw worden binnen gereden op zoek naar een voertuig van uw goesting. Aan de achterzijde van het complex kan voor de deur van een bank worden geparkeerd om een lening of het lease contract af te sluiten. Op weg naar
het dak wordt eerst de foodcourt gepasseerd, waarna een test drive kan worden gemaakt op het speciaal daarvoor ontworpen cirquit. Van bovenaf het meest markante onderdeel van het gebouw, maar van straat niveau nauwelijks zichtbaar.
Het is vreemd om dit complex pal voor voltooing te zien. Alle schaalelementen ontbreken nog, er is nog geen invulling. De coniferen staan nog in potten de wachten op beplanting.

Vanaf een belendend gebouw wordt de omgeving mij duidelijker. We bevinden ons aan de rand van Istanbul. Een kerkhof ligt er nog verlaten bij terwijl de omringende urbanisatie oprukt. Aan de horizon loopt de snelweg richting de Gouden Hoorn en de bruggen over de Bosporus. De eilanden zijn met moeite ontwaarbaar.

De bestuurder van de Landrover die ons na een intensieve fotografie dag onder de brandende zon terugbrengt, laveert behendig door het vastlopende verkeer. Ieder ruimte in het gareel benut hij om toch nog een aannemelijke snelheid aan te houden. Even later rijden we weer harder. Een toolbooth neemt hij met 90 kilometer, waardoor de in slaap gedommelende medepassagiers op slag wakker zijn.

Even later loopt het verkeer weer vast, een politie sirene klinkt achter ons. Wanneer deze ons passeert zien we een gevolg van eveneens zwarte Landrovers. Onze driver bedenkt zich geen moment en sluit zich hierbij aan. Een vluchtpad wordt nu voor ons vrijgehouden, waardoor we de file in rap tempo achter ons laten. Niet voor lang, de politieauto en gevolg buigen naar links af. Nu valt ons hetzelfde lot  van de dagelijkse commuter ten deel en we staan abrupt stil. Het probleem waar Istanbul dagelijks mee kampt is onafwendbaar, 3 miljoen mensen verplaatsen zich van Europa naar Azie. En er komen in de toekomst alleen maar auto's bij.



donderdag 3 mei 2012

Kwai Chung


Terug in Hong Kong in de heuvels, die Kowloon scheiden van Sai Kung. Een beter begrip over de stad is vanuit dit punt niet te vinden. Ik ‘lees’ de stad vanaf deze hoogte en kan de verbanden leggen met plekken waar ik heb gefotografeerd. Hong Kong lijkt opeens heel nietig en eigenlijk is zij ook niet zo groot, het merendeel van de peninsula en het eiland bestaan immers uit natuur.
Er nadert slechts weer, de lucht is zwaar. Het uitzicht veranderd voortdurend.
Het is niet het meest vanzelfsprekende standpunt voor een fotoshoot meldt Keith, niemand is geinteresseerd in de achterkant van Kowloon. Met alleen governement housing in de voorgrond zijn alle belangrijke landmarks nauwelijks meer herkenbaar in de achtergrond. Maar het is de abstractie waar ik naar streef. Ik probeer uit te leggen dat de voorgrond van Hong Kong mij te veel op een postcard lijkt en ik op zoek ben naar dat ene ongrijpbare moment dat ik soms niet van te voren kan verzinnen. Die ene verassing, het samenspel van omstandigheden die kunnen leiden tot het nietige gevoel over de stad. Zelfs het wazige uitzicht dat vandaag het geval is komt mij daarbij goed uit.

We hebben een driver gehuurd, een aangename man die zich Like noemt (spreek uit Lai). Hij is de baas van het verhuurbedrijf en kent Hong Kong area tot in de details. Hij weet alle kleine weggetjes moeiteloos te vinden en maakt U turns op de meest onverwachte plaatsen. Alle andere drivers maakten de afgelopen dagen overuren, waardoor hij de job zelf op zich heeft genomen.
Like heeft duidelijk plezier in de dag, hoe kan het ook anders met zo’n naam. Hij is van enorme meerwaarde bij het fotografie-proces. Hij is zijn roeping als assistent misgelopen, steeds snelt hij voor mij uit om het statief op te zetten, pakt de lenzen aan als ik wil wisselen. Ik moet wennen aan zoveel luxe. Soms geeft hij een tip, ‘klim over dat muurtje, dan staat die boom niet meer zo op de voorgrond’, alles in non-verbale communicatie. Like was ooit een camera boom operator voordat hij dit bedrijf begon.

Het statief was mijn trouwe vriend de afgelopen weken. Dagelijks liep ik ermee door de stad, de metro, de minibusjes, de taxi’s. Soms liep ik even zonder en voelde me dan bevrijdt. Soms voelde het als een zwaarwegend gevaarte, als een blok aan mijn been. Het statief was ook meestal de reden voor minder aangename confrontaties. Zonder statief is het maken van een foto nauwelijks een probleem, maar voor het geuniformeerde gilde is het vaak de katalisator voor autoritaire actie.

Zo fotograferen we later op de avond vanaf Kwai Chung Estate. De avond verloopt met veel geluk. Steeds wanneer we van locatie veranderen vangt het regenen even aan, steeds wanneer we ergens anders beginnen verschijnt de maan en houdt de regen op. Het beeld dat ik zoek heb ik daags ervoor gezien in Lai King op lagere hoogte. Toen miste ik de diepte in het beeld, het verband was nog zoek. De urbane hub, die zich vertikaal beweegt om horizontaal te kunnen functioneren. Zo bewegen alle verkeerslagen door de stad, voor alles een eigen afgebakende ruimte, iedere centimeter wordt benut.

Ik maak een grapje over de bewaker, die inmiddels is verschenen en ons op veilige afstand observeert. Keith merkt op dat hij ons niet durft te komen storen, het is drie tegen een. Nog geen minuut later staat zijn supervisor naast ons. De man is kort van stof en ontbrandt al snel in een dispuut. Weer is het statief de aanstootgevende factor. Hij verklaart het social housing project waar we ons bevinden tot privaat terrein waar niet mag worden gefotografeerd. Ik hoor aan de toon van zijn stem dat hij boos is, al versta ik zijn woorden niet. Keith gaat nog een stapje verder en gaat de discussie aan, voor hem is het bijna persoonlijk, dit is ook zijn stad. En hij heeft gelijk, want we zijn niet tot last, we komen geruisloos en gaan in stilte weer weg. De supervisor kan niet anders dan ons laten. Totdat een schoonmaker verschijnt, duidelijk gestuurd om ons weg te krijgen. Hij wil de vloer moppen, juist op de plaats waar wij staan. De opname is inmiddels gemaakt en lachend vervolgen wij onze weg.