Ik trek een kaart: ‘In de liefde ben ik niet afhankelijk van anderen. Liefde is een staat van zijn’.
Dank u. De zin gonst door mij heen, de hele dag.
Liefde voor jezelf en de wereld om je heen als voorwaarde om een ander lief te hebben, zo lijkt de boodschap. Ik draag de gedachte vandaag met mij mee, het laat mij niet los. En het helpt. Liefde te voelen in het diepste van je wezen, in de dingen die je doet, in hoe je naar de wereld kijkt. Bij alles de vraagstelling: kan ik hier nog net iets meer van maken, er meer energie in steken, er intenser van genieten.
Ik loop naar de bakker en neem mij voor extra vriendelijk te zijn tegen de norsige dame die mij meestal helpt. Zij staat daar ook altijd maar, heeft weinig keus in wat zij doet. Ze verdient een aardige klant en een gevoel van blijheid, wat is daar nou voor nodig? Al kost het moeite, er verschijnt een glimlach op haar gezicht als ik een compliment maak over het lichtblauw van haar jurk. “Die kleur doet mij denken aan de zee van Kroatie”, zeg ik tegen haar (wat een cliche!). Eerst kijkt ze argwanend, wat moet die vent? “Ja, mooi land”, vervolgt ze en verteld over haar vakantie met een zus. Ik vertel haar maar niet dat ik in dat land enige weken diep gelukkig was en meteen daarna was het over. Als een zeepblokje glipte het uit mijn vingers.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten