dinsdag 22 juli 2008

Assistent


Om half elf gaat mijn telefoon, een ‘call me back’ bericht. In West Africa laat men de telefoon een keer overgaan in de hoop te worden teruggebeld, ook wel flashen genoemd. Hier heeft de telefooncompany een speciaal nummer voor collect call, een ware goudmijn.
Het is Keith, de trolleypusher en sinds kort mijn assistent. Keith is vandaag jarig en ik zoek hem op bij de hoek waar hij altijd staat met zijn maten. Zijn plek is vlakbij de Drillfactory, aan de toegangsweg naar Hillbrow. De business is slow en als ik aankom heeft Keith zijn eerste vrachtje. Ik loop met hem mee en ontferm mij over de voorkant van zijn winkelwagen. Behendig sturen we de winkelwagen door het verkeer.
Dit weekend assisteerde Keith mij bij aantal opnames. Ik nam hem mee naar het Carlton Center. Later stonden we bovenop een minedump, waar hij me verlegen vroeg om een autorijles. Het was er stil genoeg en we besloten een paar rondjes te rijden. Het kwam langzaam op gang maar na zo’n tien pogingen om op te trekken kreeg hij het door. De auto draaide rondjes en liet stofwolken achter. Het einde kwam toen de linkervoorband lek sloeg. Daar stonden we, nog niet eens gecheckt of het reservewiel en gear wel in de achterbak lagen. Alles was er behalve de handel om de krik te bedienen. Van gevonden ijzerdraad fabriceerden we een handel en het wiel werd verwisseld. Met zwarte handen van het oliesmeer gingen we op zoek naar water of een oude lap. Uit de bosjes klonk een indringende kreet die ons beiden deed stilstaan, de oren gespitst en gericht op de herkomst van het geluid. Daar bleek een groep mannen in het naderende donker bezig te zijn met een initiatie ritueel. Bezweten blote lichamen dansten en begilden een in de cirkel zittende jongen. We vroegen toestemming om te fotograferen, beleefd onze muts afnemend.
Tijdens onze opnamen werd de initiatie op de achtergrond hervat en nooit eerder was het contrast tussen het urbane beeld op het camera matglas en de omgeving zo groot.

Terug van het vrachtje voegen we ons weer bij de anderen. Business is still slow en de kelen blijken droog. Tijd voor een gebaar. Ik vraag Hansa mee te gaan naar het kantine luik bij de taxicentrale. Een fles cola lijkt een logische bestelling, maar Hansa heeft meer in gedachten. We bestellen slappe patat, wit brood en cola. Terug bij de hoek eet iedereen mee. Broodje patat met ketchup en cola. Zelfs de pompbedienden hebben het eten gespot. Dan wordt het tijd voor mij om verder te gaan. Hansa geeft me dankbaar mee dat het werk nu in ieder geval in volle motivatie door kan gaan, business or no business. Als ik later voorbij rijd staan alle trolleypushers me dankbaar uit te zwaaien.

Geen opmerkingen: